Milieu-inspectie blust brandjes maar waar blijft het ambitieus milieubeleid?

Van verschillende kanten krijgen we te horen dat de Milieu-inspectie hard gaat optreden tegen 3M. Er worden PV’s gemaakt, aanmaningen verstuurd en hoorzittingen gepland. Als de diverse inspecties en administraties in Vlaanderen niet uitgekleed zouden zijn, dan hoefde het zover niet te komen. Climaxi komt na drie jaar studie, documenten opvragen en analyseren tot de conclusie dat jarenlange bezuinigingen de capaciteit van de overheid om een beleid te voeren kapot heeft gemaakt.

Een goed milieubeleid bestaat uit goede wetenschappelijke inzichten, inspraak, een degelijke wetgeving en efficiënte controle. Geen van deze vier kwaliteiten kan Vlaanderen zich aanmeten.

Wetenschappelijke inzichten: wetenschappelijke inzichten worden de beslissende overheid aangereikt in het licht van vergunningen via adviezen. Gespecialiseerde overheidsdiensten als Administratie Zorg en Gezondheid en Administratie Natuur en Bos leggen de gevolgen van mogelijke vergunningen uit in adviezen. De milieuwetgeving VLAREM voorziet dat zij de effecten ervan moeten beschrijven op nabijgelegen woonkernen of natuurgebieden. Alleen gebeurt dit in ongeveer de helft van de gevallen niet. Zuhal Demir gaf eerder al toe dat 44% van de VLAREM klasse 1 vergunningen niet geadviseerd worden door de Vlaamse milieumaatschappij als het over lozingen gaat. Grote bedrijven zoals Borealis, Exxon Mobil, Ineos en BASF in het Antwerps Havengebied ontspringen dikwijls de dans.

Inspraak: omwonenden, milieubewegingen en anderen kunnen via procedures en beroepen hun kennis inbrengen in het dossier. Alleen is de politieke meerderheid daar de laatste jaren minder en minder van overtuigd. Procedures worden ingekort, mensen moeten hun belang meer bewijzen en wie het been stijf houdt wordt als juridisch vitter weggezet, dit dikwijls ondanks het feit dat de overheid zelf fouten maakte in het dossier. Ondertussen verlengde de overheid de termijn van de vergunningen tot onbeperkt. Tevoren dienden bedrijven hun vergunningen om de zoveel jaar te verlengen en dienden ze daarbij de Best Beschikbare Technieken te gebruiken in hun productie. Nu is het aan de onderbemande overheid of de omwonenden om zelf verstrengingen te eisen. Climaxi deed dat bijvoorbeeld voor 3M en Indaver.

Degelijke wetgeving: De milieuwetgeving VLAREM dateert uit 1991. De wet werd verschillende keren aangepast, maar daarbij werd telkens 1 ding vergeten: economische productieprocessen veranderen en er wordt gewerkt met nieuwe grondstoffen of men krijgt andere afvalstoffen. Pas sinds 2018 zijn er normen voor de lozing van PFOS, dioxinen en sommige pesticiden vastgelegd in de milieuwetgeving. Tevoren was het een laissez faire laissez passé principe in de haven, de overheid maakte geen tools en had geen tools om in te grijpen. Men hoeft dus niet verwonderd te kijken als men ziet dat de PFOS-normen in de Zeeschelde op 110 plaatsen overschreden zijn. Ook de Europese wetgeving staat verder dan onze eigen Vlaamse milieu-wetgeving. Het doorsijpelen van Europese normering richting Vlaamse wetgeving verloopt traag en kan versneld worden. Enkel grootvervuilers hebben baat bij een trage omzetting van verstengde wetgeving.

Efficiënte controle: De Milieu-Inspectie gaat nu ‘in de aanval’ zegt men. Climaxi is daar blij om maar stelt tegelijkertijd vast dat de Milieu-inspectie te weinig mensen in dienst heeft om efficiënt te controleren. De overheid slankt al tien jaar zijn ambtenarenploeg af en vermindert voortdurend de werkingstoelagen voor sommige van zijn diensten. Bij de Natuurinspectie werden acht nieuwe inspecteurs aangeworven, en zo stelde Zuhal Demir in in maart 2020: “Zo komt het aantal inspecteurs opnieuw op het niveau van tien jaar geleden”. Lees: we waren tien jaar onderbemand en gaan nu opnieuw naar een hoger aantal, dat onvoldoende blijft om de steeds gecompliceerder wetgeving aan te kunnen.

Ondertussen speelt de overheid voortdurend brandweerman en wordt bij elk nieuw incident hier of daar een tandje bijgestoken. Politici laten ter dien gelegenheid dikwijls ballonnetjes op die de situatie moeten rechttrekken. Soms zijn ze zinvol, af en toe nefast, maar meestal gebeurt er niets mee. Een slecht idee hoorden we dit weekend van Luk Lemmens (N-VA Deputé bij Provincie Antwerpen). Die vergat even de scheiding der machten en stelde voor de controle op de vergunningen te laten gebeuren door de Provincie zelf, die er een groot deel van uitreikt. Geen goed idee, denkt Climaxi, in tijden waarbij de overheid ook voortdurend probeert om de greep op zijn administratie te vergroten. Of het nu de corona-crisis is, overstromingen, 3M of klimaatverandering, telkens weer zien wij dat een falende overheid zichzelf al meer dan twintig jaar kapot bezuinigd heeft en daardoor zijn capaciteit om te handelen verloren is. Climaxi denkt dat hier fundamenteel wat moet aan gebeuren door meer middelen ter beschikking te stellen voor essentiële overheidsdiensten. In het milieudossier zullen het de sterk winstgevende bedrijven zijn die voor de centen zullen moeten zorgen. ‘De vervuiler betaalt’ is een oude maar nog steeds correcte slogan.

Filip De Bodt en Katrin Van den Troost