België stelt te lage klimaatdoelstelling (en haalt ze niet)

De klimaatdoelstellingen die België zichzelf stelt - en niet haalt - zijn onvoldoende willen we onder de kritieke grens van 1,5 graden opwarming blijven. Dat blijkt uit een analyse van de Waalse tak van het IPCC.

 

1,5 of 2 graden: een andere planeet

 

En of de 1,5 graden-grens kritiek is. Een rapport van de Waalse tak van het IPCC (Intergovernemental Panel on Climate Change), gebaseerd op het 400 pagina’s tellende IPCC-rapport uit oktober en de input van franstalige klimaatexperts, vat de effecten van klimaatverandering in een risico-analyse. Bij een opwarming van 1,5 graden zijn de risico’s met betrekking tot het voortbestaan van koraalriffen in warm water erg verhoogd, voor Arctische regio’s zijn ze verhoogd. Aardse ecosystemen verkeren in een gematigd tot verhoogd risico en er bestaat een gematigd risico voor landbouwopbrengsten. Dit betekent concreet een grote impact op mariene biotopen, een groter overstromingsgevaar, vervuiling van drinkbaar water, een stijging van de zeespiegel, droogtes, extreme weerfenomenen, afnemende voedselzekerheid enzovoort. Bij een stijging van twee graden nemen de risico’s op dergelijke gebeurtenissen exponentieel toe.

 

Ongelijke impact

 

Klimaatverandering is niet enkel een ecologische, maar ook een socio-economische kwestie. Het heeft een impact op de beschikbaarheid van drinkwater, voedsel en landbouwopbrengsten. Het internationale gebrek aan daadkracht en initiatieven om de opwarming van de aarde onder de 1,5 graden te houden op de laatste twee COP’s is daarom ook extra alarmerend voor landen in het Globale Zuiden. Het is daar dat droogtes, voedselschaarste, verspreiding van gevaarlijke ziektes door muggen en economische schade de grootste impact zullen hebben.

 

Noodzaak

 

Volgens datzelfde rapport moet de wereldwijde CO2-uitstoot tegen 2030 met 58% naar beneden, willen we 50% kans maken om onder de 1,5 graden te blijven (zonder verregaande technologische innovatie om CO2 te capteren). De zwaarste verantwoordelijkheid valt bij de geïndustrialiseerde landen - ze veroorzaken veruit de meeste uitstoot. We staan voor tien jaar van ingrijpende veranderingen indien we écht stappen vooruit willen zetten op klimaatvlak.

 

Woorden en daden

 

Europa mikt op een verlaging van haar uitstoot met 40% tegen 2030. België neemt de paradoxale positie in op Europees niveau te pleiten voor een verhoging van die doelstelling naar 55%, maar in haar eigen Nationaal Energie- en Klimaatplan 2021-2030 amper genoeg maatregelen naar voor te schuiven om een reductie van 35% te halen. Zo zei Laurien Spruyt (Bond Beter Leefmilieu) destijds in Apache. Beide doelstellingen blijven vér onder de minimumgrens van 58%.

 

Desalniettemin is België vandaag zelfs niet op koers om haar gebrek aan ambitie in realiteit om te zetten. Volgens een rapport van de Europese NGO Transport & Environment slaagt België er niet in de uitstoot van haar transport significant terug te dringen. Een rapport van Greenpeace wijst op hetzelfde. In aanloop naar de verkiezingscampagne werd de afgelopen regeerperiode in Knack door experts bestempeld als ‘vijf verloren jaren’ wat klimaat betreft. Ondertussen gaat het zelfs niet enkel meer om maatregelen om een verdere opwarming te voorkomen, maar ook over maatregelen om om te gaan met de effecten ervan: een dalende watertafel en stijgende zeespiegel. We hebben nu nood aan ambitieuze en concrete plannen voor een transitie naar hernieuwbare energie, schoon vervoer en een klimaatneutrale industrie- en havensector. De politieke moed om massaal te investeren in meer en goedkoper openbaar vervoer, de industrie bindende normen en sancties op te leggen e.d.m. was gisteren nodig en is vandaag noodzakelijk.7

 

Koerian Verbesselt

(Koerian Verbesselt haalde een master Conflict & Development aan de UGent; hij is recensent en collumnist)

industrie