Gendergelijkheid: een strijd van iedereen

womenstrike

2017 lijkt nu al het jaar van de strijd voor gendergelijkheid. Op 21 januari trok een golf van roze pussyhats door de straten van Amerikaals protest tegen de vrouwonvriendelijke visie van politici als Trump. Het toonbeeld van vrouwelijke solidariteit verspreidde zich in snel tempo en in totaal kwamen meer dan vijf miljoen vrouwen én mannen op straat.

Morgen, 8 maart, is het internationale vrouwendag. Wereldwijd roepen vrouwenbewegingen op tot massaal protest. Met de slogan : “Solidarity is our weapon” maken ze van deze strijd eentje voor inclusie: want gendergelijkheid is geen zaak van geslachten maar een zaak van ons allemaal…

Werk aan de winkel

Het wegwerken van de genderongelijkheid staat al lang op de agenda van veel organisaties. Quota’s worden in organisaties en bedrijven ingezet om het welgekende, glazen plafond weg te werken. En de cijfers tonen aan dat dit werkt. Jaarlijks is er in maart Equal Pay Day die de ongelijkheid van lonen tussen mannen en vrouwen aankaart. Door aandacht te vestigen op het thema wordt de ongelijkheid in lonen stelselmatig weggewerkt. Maar zijn deze inspanningen genoeg om te spreken van echte gelijkheid of is er nog een pak werk aan de winkel?

Climaxi was als lid van Friends of the Earth International aanwezig op de Algemene Vergadering die in het teken stond van het gendergelijkheid. Samen met 40 partnergroepen en meer dan 120 deelnemers van over de hele wereld gingen we op zoek naar de ongelijkheden binnen de eigen organisatie.

Ons internationaal gezelschap werd voor de gespreksrondes opgedeeld in kleinere groepjes. Stuk voor stuk een toonbeeld van gelijkheid en diversiteit met een mooie mix aan identiteiten en genders. Ook bij de top van de organisatie werd even een ideale wereld naar voor gebracht.

Even leek de weg naar een gendergelijke wereld net iets dichter bij. “De vrouwen in onze organisatie krijgen een gelijk loon. We hebben een gelijke verdeling van mannen en vrouwen in onze topfuncties. Er is dus bijgevolg geen sprake van ongelijkheid in onze organisatie.” Zo luidde het vrij unaniem bij de mannen. Maar al snel begon dit ideaalbeeld op zijn grondvesten te daveren toen de vrouwen het woord namen.

“Op papier klinken die quota en gelijke lonen super”, begint de jongste deelneemster van onze groep, “in de praktijk is het vaak heel anders.”

“Vrouwen in topfuncties moeten in onze organisatie de mannelijke collega’s van koffie voorzien voor ze aan de vergadertafel mogen aanschuiven. Als ze items op de agenda willen plaatsen worden ze afgewimpeld met de boodschap: If you wanna talk about that issue, you can have a drink with me tonight, hunny.” Als je dan ingaat op hun voorstel om je punt ’s avonds in een bar toe te lichten kan dat onder begeleiding van schunnige opmerkingen, betuttelende koosnaampjes en losse handjes…” gaat ze verder, “Uiteindelijk had niemand van de aanwezige collega’s oor naar mijn voorstel.” De volgende dag bracht één van hen haar punt aan op de agenda, onder eigen naam weliswaar. Zijn voorstel werd onmiddellijk op applaus onthaald.  Voor hem geen koffieronde of uitstel tot de avondlijke zuippartijen, noch grabbelende handjes die in het passeren zijn balzak even een stiekeme kneep verkochten… “Daar zit je dan met je gelijke quota en dito lonen, niet echt mijn beeld van gelijkheid”, zucht ze…

De mannen van ons groepje worden even stil en moeten met plaatsvervangende schaamte toegeven dat dergelijke zaken misschien in de eigen organisatie ook wel eens voorkomen. “Ik moet toegeven dat ik er me zelf ook al schuldig aan maak,” zegt de ene “terwijl ik net dacht vrouwen als gelijken te zien én te behandelen. Het zit soms dieper ingebakken dan je zelf denkt. Deze getuigenissen doen mij niet enkel nadenken over niet mijn eigen gedrag, maar ook over dat van onze eigen organisaties. Discriminatie en ongelijkheid worden zo sterk met de pap(a)lepel ingegeven dat je er soms te weinig bij stilstaat. Het levert voer tot nadenken en maakt me duidelijk dat er werk aan de winkel is”, besluit één van de mannen van onze groep.

Ik vraag of zaken als quota dan een oplossing bieden of eigenlijk de ene discriminatie bestrijden met een andere… Er volgen wat bedenkelijke blikken. “Deze quota werken toch even discriminerend voor mannen die nu , net als vrouwen, in de eerste plaats op hun geslacht beoordeeld worden in plaats van op hun competenties? Als we willen overgaan tot gendergelijkheid, valt uiteindelijk de indeling volgens  geslachten gewoon weg? En als we ruimer gaan streven naar algemene gelijkheid is het dan niet de bedoeling dat de uiterlijke façade niet meer telt en we gewoon allemaal gezien worden als… mensen?”

De getuigenis van deze jonge vrouw toont aan dat quota, net als elk systeem dat wil streven naar meer gelijkheid zal vallen of staan met de menselijke interpretatie en uitvoering ervan. En streven naar gelijkheid doe je nooit door weer nieuwe ongelijkheden te creëren. Het wordt complex maar het is duidelijk dat zolang het stereotype denkbeeld niet verdwijnt, systemen en quota geen oplossing bieden.

Gender: een kwestie van nature or nurture

Het stereotype denken lijkt wel van menselijke aard. Van bij de geboorte worden we in een hokje geplaatst dat bepaalt hoe ons verdere leven er zal uitzien. Dat hokje is niet enkel afhankelijk van wat, al dan niet, tussen onze benen hangt maar is samen met de maatschappelijke context, etnische achtergrond, sociale positie, uiterlijk, seksuele voorkeur en genderidentiteit, bepalend voor het verdere leven. De natuur brengt, met subtiele verschillen, allemaal mensen voort met kleine biologische elementen die net iets anders zijn, maar daarom niet allesbepalend zijn voor ons gedrag. Veel bepalender is de interpretatie die de mens aan deze verschillen geeft.

“Opvoeding is dus in grote mate de bepalende factor in de strijd naar een gendergelijke wereld,” dacht ik als jonge moeder,“dus dat komt goed!” Maar opvoeding gebeurt ook deels door de samenleving en omgeving waarin kinderen opgroeien. En deze strooit maar al te graag met kant en klare labels… Via mijn opgroeiende zoon werd ik regelmatig geconfronteerd met die labels. De gendergelijke opvoeding ten spijt , werd het gedrag van mijn kind hierin vooral gestuurd door de omgeving. Eens hij de peuterjaren ontgroeid was, drukte iedereen plots enorm op zijn “man-zijn”. Toen hij zich bezeerde, had hij ineens minder recht op een stevige huilpartij. Hij zou zich beter gedragen als “een echte vent”, zeiden mensen hem. Hij moest met andere woorden zijn emoties leren onderdrukken en had plots een pak minder recht om zijn pijn of verdriet met de buitenwereld te delen dan leeftijdsgenoten van het vrouwelijke geslacht. Dat zou hem moeten voorbereiden op zijn toekomst waar emoties niet passen binnen het labeltje man.

Zelf had ik in mijn kinderjaren dan weer minder recht om me vuil maken, in bomen te klimmen of met auto’s spelen. Ik was een meisje en zo moest ik me dan ook maar gedragen. Netjes eten, rustig, stilletjes spelen, met poppen als het kan, eveneens om mij voor te bereiden op mijn leventje binnen mijn label.

Gelukkig bleef het label niet goed plakken op dat vuil bemodderde meisje en overleefde de Zorro-cape beter de klimtochten dan het prinsessenkleed. Maar je kan er niet onderuit dat (gender)ongelijkheid een beperkende stempel op meisjes en jongens drukt wat een zware beperking vormt binnen onze samenleving. Een stempel die niet inzet op de natuurlijke kwaliteiten van mensen maar zich vastpint op stigmatiserende interpretaties op basis van geslachten, religie of achtergrond.

Gendergelijkheid is meer dan een loon op je rekening en gaat verder dan het geslacht in je broek. Het gaat om het wegwerken van diepgewortelde discriminaties die niet enkel vrouwen maar ook mannen beperken in hun natuurlijke kwaliteiten en onze samenleving onnodig verzuren.

Gelijkheid gaat om meer dan vrouwenrechten alleen, het gaat om universele rechten waarvan de focus ligt op de gelijkenissen tussen mensen in plaats van op de verschillen. Maar zolang we ons blind staren op verschillen, ons voeden met kant en klare identiteiten, terwijl we onszelf voorliegen dat we o zo uniek zijn, blijft het individualistisch denkend beleid regeren en is de strijd naar gelijkheid verloren.

Solidarity is our only weapon… 

 

 

Natasja Meersman

 

Kom, net als Climaxi, op 8 maart de straat op , deel een foto voorzien van de #internationalwomensstrike of toon je op tal van andere manieren solidair met de strijd naar meer gelijkheid. Meer info en inspiratie vind je op: https://www.facebook.com/events/644185865706013/