Zweedse regering beschermt oerbossen niet

Als groot, vruchtbaar land met een lage bevolkingsdichtheid herbergt Zweden een belangrijk deel van Europa’s natuurlijk erfgoed. Het Zweedse boslandschap is zeer divers en bevat veel verschillende habitattypes die worden beschermd door de Habitats Directive. Vele daarvan zijn tot op vandaag onbeschermd. Van de Westelijke Taiga, met haar primaire en oude bossen en natuurlijk regenererende continuïteitsbossen, met nauwelijks mensen sporen tot hemiboreaal loofbos. De Scandinavische Groene Bergketen bevat het grootst intacte boslandschap van de EU en heeft zelfs vanuit internationaal standpunt een hoge beschermingswaarde.

Een diepte-analyse van het Zweedse bosagentschap leert echter dat de ecologische omstandigheden voor de bossen onvoldoende zijn. De voorbije jaren is de trend voor de bossen, ondanks pogingen om de omstandigheden te verbeteren negatief. 14 van de 15 boshabitats die onder de Habitats Directive vallen hebben een ongunstige conservatiestatus. Van 10 van de 11 ongewervelde prioriteitensoorten die in boslandschappen leven is de conservatiestatus ‘slecht’, van de ene andere soort is de status ‘onvoldoende’. Zo’n 2000 soorten die in de bossen verblijven staan op de rode lijst. We kunnen kortom spreken van een alarmerende situatie voor de biodiversiteit en ecosystemen in Zweden.

Natuurlijke bossen en bijna-natuurlijke bossen zijn niet enkel een thuishaven voor biodiversiteit, ze dienen ook als opslag voor grote hoeveelheden CO² en verlenen een groot scala aan biodiversiteitsdiensten. Zo zijn ze belangrijk voor recreatie, productie van wilde bessen, ecotoerisme enz. De productie van hout is slechts een van de ecosysteem diensten die bossen vervullen, daarom is een transformatie van het bosbeheer, verhoogde bescherming en herstel van bossen niet enkel een kwestie van klimaatverandering en biodiversiteit maar ook een economische investering. Toch dienen de bossen in Zweden grotendeels voor het hakken van hout. Zowat alle Zweedse bossen worden geoogst door de methode van kaalslag of kaalkap: het volledig kappen van een boombestand. Dat wordt dan gevolgd door het aanplanten van dennen en sparren. Het Zweedse houtkapmodel heeft zo bijna alle bossen veranderd in beheerde bomenplantages. Daarom is een transformatie nodig van het hedendaagse intensieve kapmodel naar een beheer dat dichter bij de natuur staat, met als doel biodiversiteit en ecosystemen te versterken en in tweede instantie om veerkracht en co² opslag op te bouwen voor het bestrijden van klimaatverandering. Daarnaast moeten de continuïteitsbossen en de oude bossen extra beschermd worden tegen de houtkap, die overigens een grote bron van broeikasgassen is.

In het noorden van het land zijn de Sàmiculturen en veeteelt van rendieren afhankelijk van de bossen voor hun levensvoorziening. Een van de grote bedreigingen voor de Sàmicultuur is het verlies van hun habitat door de directe of indirecte impact van concurrerende vormen van landgebruik zoals commerciële bosbouw. Het bos voorziet hen van onderdak, voedsel en materiaal voor handwerk. De voortdurende kaalkap van het bos vernietigt de omstandigheden van rendierveeteelt door het vernietigen van de habitat van baardmos wat de op een na belangrijkste voedselbron is voor rendieren. Bovendien zijn de meeste oude sparrenbossen verdwenen die de rendieren beschermen tegen hitte en insecten. Het verticuteren van de bodem en het gebruik van meststoffen zorgt dan weer voor een achteruitgang van bodemmossen, het primaire voedsel van rendieren. De laatste zestig jaar verminderde het bosrijke boslandschap in de Zweedse boreale bossen met 70%. Het verzoek van de wetenschappers en de milieuverenigingen bevat dan ook een oproep voor het recht op vrije voorafgaande geïnformeerde toestemming door de Sàmi.

Ondanks de prangende situatie van de bossen reduceerde de vorig jaar geïnstalleerde regering scherp de budgetten voor de bescherming van natuur met hoge conserveringswaarde en ze ontmantelde een heleboel klimaatinitiatieven. Tijdens de eerste helft van 2023 houdt Zweden het Europees voorzitterschap. Daar voeren de Zweedse regering en de boskapsector een behoorlijk agressieve lobbycampagne die dreigen verschillende Europese maatregelen en wetten te verzwakken of te stoppen. Wetenschappers verwittigen nu dat Zweden de Europese biodiversiteit bedreigt door het Zweedse kaalkap model te verdedigen. Dit doet vrezen dat dat de dringende nood om de natuurcrisis aan te pakken niet adequaat zal geadresseerd worden.

De situatie mag niet onderschat worden, zo zeggen de wetenschappers. Aan het snelle ontbossingstempo van vandaag zeggen schattingen en scenario’s die door autoriteiten en specialisten in het domein worden gemaakt dat de meeste van de overblijven continuiteitsbossen en bossen met conservatiewaarde buiten beschermingszones binnen een of hoogstens enkele decennia volledig verloren zullen gaan. Het verzoek, dat zich richt naar het parlement en de regering van Zweden en indirect naar de Europese Commissie, stelt dat “we gezonde ecosystemen nodig hebben om de voorwaarden van onze samenleving te bewaren. We moeten behouden wat er nog is, en herstellen wat beschadigd is.”.

De eisen van het verzoek zijn duidelijk:

1. Een onmiddellijk moratorium op boskap in alle bossen met een vastgestelde conservatie waarde. Het gaat om een vijftal types gebieden, soms overlappend, waarover er voldoende kennis bestaat om dadelijk een moratorium in te voeren.

2. Het beschermen en herstellen van bossen overeenkomstig de EU Species and Habitats Directives. De biodiversiteits- en bosbeheer strategie en het CBD-kader tegen 2050. Dit zou zo’n 30 % van de gebieden kunnen beschermen, vooral gebieden met een bijzonder belang voor ecodiensten en biodiversiteit. Nu is maar 6 % van het Zweedse bosgebied op een transparante manier beschermd.

3. Het beschermen van de Scandinavische Groene Bergen Gordel. Dit is een van de weinige intacte grote boslandschappen in Europa.

4. Het hervormen van de bosbouw tot een beheermodel dat dicht bij de natuur staat. De bestaande methoden van kaalkap en bosplantage moeten vervangen worden door bosbeheer met oog voor biodiversiteit en natuurwaarden.

5. Beperk het houtgebruik tot wat duurzaam is binnen planetaire grenzen. Zo’n 80% van de Zweedse geoogste biomassa wordt gebruikt voor kortlevende producten, zoals bio-energie, papier en karton. Bovendien zijn papier en pulpproducten zeer energie-intensief om te maken, de bosindustrie is verantwoordelijk voor de helft van Zwedens industriële energieverbruik. De overgang naar en circulaire economie is hier wenselijk.

De eisen zijn helder. De risico’s en gevaren duidelijk. Toch lijkt de kans klein in de huidige politieke context dat het verzoek veel gehoor krijgt binnen de Zweedse regering. Zeker niet nu overal conservatieve stemmen opgaan om de ‘pauzeknop’ in te drukken qua natuurbescherming ‘om de economie niet te schaden.’ Wordt ongetwijfeld vervolgd. Maar waarschijnlijk niet met een prettig verhaal.

Sammy Roelant